';
KaRo Gele Labidochromis

Zoom in

Artikelnummer: 4
Labidochromis caeruleus

Gele Labidochromis - Labidochromis caeruleus

Herkomst

Ze behoren tot de familie van de cichliden (Cichlidae). Ze leven uitsluitend in het Malawimeer in Zuidoost-Afrika en ze behoren tot Mbuna-groep.

Het Malawimeer is zo’n 600km lang en soms tot 75km breed en het ligt tussen Tanzania, Mozambique en Malawi. Er leven zo’n 800 soorten cichliden, waaronder de gele labidochromis. Hun habitat bestaat er vooral uit rotsen die voor vele verstopplaatsen zorgen. En verder bijna geen planten, enkel vallisneria.

Afmetingen

Ze worden gemiddeld zo’n 8 à 10cm lang, tot maximaal 12cm.

Uiterlijk

De gele is de bekendste variant van de Labidochromis caeruleus, hun lichaam en borstvinnen zijn opvallend helder geel gekleurd.

Hun buik-, anaal- en rugvin(nen) hebben een intensieve, zwarte streep en zijn verder (wit)geel afgelijnd.

Kleuren

De oorspronkelijke, minder gekende, variant is lichtblauw van kleur.

En verder zijn er ook nog lichter gele tot bijna witte exemplaren.

Geslachtsonderscheid

Het dominante mannetje zal het felst gekleurd zijn, de onderdanige mannetjes zijn minder fel geel gekleurd, meer zoals de vrouwtjes.

Net hetzelfde geldt voor de zwarte strepen op de vinnen, deze zijn het meest intens bij het dominante mannetje, minder intens bij de minder dominante mannetjes en (bijna) niet zichtbaar bij de vrouwtjes.

De rug- en anaalvinnen van een mannetje zijn scherper, terwijl ze bij een vrouwtje meer afgerond zijn.

En tenslotte zijn de volwassen mannetjes duidelijk groter dan de vrouwtjes.

Aquarium

Het zijn scholenvissen, die wel per koppel maar liever met meer soortgenoten kunnen gehouden worden. Belangrijk is meer dan voldoende vrouwtjes te voorzien voor het aantal mannetjes. Ze kunnen enkel gecombineerd worden met andere cichlide soorten, liefst van het Malawimeer, zoals andere Mbuna en keizerbaarzen. Maar ook de combinatie met grotere en zelf agressievere soorten is perfect mogelijk.

Een aquarium van minimaal 125L of meer is aan te raden voor cichliden. Voor de inrichting van het aquarium kunnen vooral rotsen, hout of andere decoratie gebruikt worden. Als er echte planten in het aquarium gezet worden, zullen deze niet lang leven, enkel stevige planten zoals anubias en vallisneria zijn geschikt.

Het zijn grote vissen, die veel vrije zwemruimte vragen in hun aquarium, gecombineerd met heel veel rotsen, takken en boomwortels om tussen te zwemmen en zich te kunnen verschuilen. Tip: gebruik fijn, donker grind of rivierzand, dit geeft minder stress aan de vissen en hun kleuren komen mooier uit.

Temperatuur

De ideale temperatuur ligt ergens tussen 24 en 28°C. Het is belangrijk om geen te grote schommelingen in temperatuur te hebben, daar kunnen ze witstip van krijgen.

Waterwaarden

Aan te raden is een pH van 7.0 tot maximaal 8.0, een GH van 5 tot 14° DH, een KH tussen 3 en 12° Dh, geen nitriet (NO2), geen ammoniak (NH3) en bijna geen nitraat (NO3 < 25mg/l).

Verzorging

Het houden van Malawi cichliden eist weinig ervaring, mits de juiste verzorging kunnen ze makkelijk gehouden worden. Ververs wekelijks 20 à 25% van het aquariumwater en voeg waterconditioner en goede, levende bacteriën toe om een goede waterkwaliteit te garanderen. Ze voelen zich het best in een ruim aquarium met een sterke filtering en enige stroming.

Kweken

Het kweken is redelijk eenvoudig. Om te beginnen heb je een kweekaquarium nodig, met daarin 1 mannetje en 3 of 4 vrouwtjes. Ze zijn al na 5 tot 6 maanden geslachtsrijp. De man zal een vrouwtje naar de paaiplek lokken, waar hij de eitjes zal bevruchten, waarna het vrouwtje de eitjes in haar muil zal uitbroeden (muilbroeders). Een nestje is 20 tot 60 eitjes, die na zo’n 3 dagen broeden uitkomen. Nog eens zo’n 3 weken later zullen de jongen uitgespuwd worden en niet meer opnieuw in haar muil toegelaten worden.

Als het vrouwtje na 2 weken broeden in een apart aquarium gezet wordt, zullen de meeste jongen kunnen overleven. De jongen eten onmiddellijk stofvoer, heel fijn vlokkenvoer en artemia.

Voeding

Het zijn alleseters, ze eten droogvoer (vlokken en granulaat), levend voer en diepvriesvoer.

Er bestaan speciale vlokken- en granulaatvoedingen voor Malawi cichliden, met spirulina.

Let op met rode muggenlarven, geef dit met mate!

Een zo veelzijdig mogelijk dieet zorgt voor gezonde vissen met mooie kleuren!

Ze mogen 1 of 2 keer per dag een kleine hoeveelheid voeding krijgen. Maar geef niet te veel per keer, geef wat ze in ongeveer 1 tot anderhalve minuut op krijgen.